1. Op de biljarts waarop gespeeld wordt dient in iedere hoek een hoeklijn te worden aangebracht die loopt van

17 cm aan beide zijden van de hoek.


De lijn dient helder wit van kleur te zijn en dient te worden aangebracht met een wit (vetloos) krijtpotlood.


2. Indien bij de aanvang van een stoot de 2 speelballen zich bevinden binnen de hoeklijn dient de teller/arbiter

van de betreffende partij dit te melden


middels de melding “entree”.


Wordt geconstateerd dat bij de vervolgstoot dezelfde ballen zich nog steeds binnen dezelfde hoeklijn bevinden

zonder dat één van de


beide ballen deze (tijdelijk) heeft verlaten, dan dient de teller/arbiter dit te melden middels de aankondiging ” de

dans” en dient


voor het vervolgen van de stoot tenminste één der ballen uit het betreffende vak te worden gestoten.


Gebeurt dit niet dan dient de teller/arbiter dit te melden middels de aankondiging “restez de dans” en wordt de

betreffende speler afgeteld,


het onreglementair gemaakte punt wordt niet meegeteld en de beurt gaat over naar de tegenpartij.

 

Wat we als arbiter dus NIET moeten doen:

 

  • Als er sprake is van “zuinig caramboleren” en de arbiter gaat aan de verkeerde kant van het biljart staan dan

  • waar de carambole tot stand komt.

  • Dus wél:   Stel je zelf goed op.

  • Ook de speler zelf kan hieraan meewerken door de arbiter de gelegenheid te geven om eventueel om te lopen.

  • Als arbiter jezelf opstellen tussen het biljart en de niet aan de beurt zijnde (op de stoel zittende) speler of het

  • publiek.

  • Dus wél:  Stel jezelf goed op (of het moet niet anders kunnen).

  • Bedenk hoe het is als je zelf op de stoel zit en niets kan waarnemen van wat er op het biljart gebeurt.

  • Bij twijfel, wachten met annonceren van een carambole in de hoop dat uit de reactie van de speler (doorgaan of  gaat zitten) duidelijk wordt of de carambole goed of fout was.

  • Dus wél :  Stel jezelf goed op.

  • Ga altijd  “in de snijlijn”  staan  en wacht niet met annonceren.

  • Bij twijfel over een entré of dedans of een bij vastliggende bal, wachten of uitgebreid gaan kijken terwijl

  • duidelijk is dat toch uit het vak of van de andere bal wordt gespeeld. 

  • Dus wél:  Annonceer direct en dus “in het nadeel speler” of zeg nog niets over het al of niet vast.

  • Indien de speler toch voor een andere oplossing dreigt te kiezen kan als nog

  • met een handgebaar duidelijk worden gemaakt dat eerst nog een beoordeling plaats zal vinden. Onnodig lang

  • kijken verstoort de concentratie en ritme van het spel.

  • Het niet communiceren met de schrijver/bordenist op het moment van het doorgeven van het aantal gemaakte   caramboles.

  • Dus wél: Kijk dan de schrijver/bordenist aan, dan weet je gelijk of hij of zij nog wakker is. Ook een

  • schrijver/bordenist hoort bij de partij.

  • Begin daarom ook altijd met een duidelijk hoorbaar: “Noteren, …” Dit is  het signaal aan de speler dat zijn beurt is afgelopen en een signaal aan de schrijver//bordenist om attent te zijn.

  • Als je denkt dat een speler van plan is de keu omhoog te zetten voor een massé of piqué, direct al de lamp pakken  om opzij te houden.

  • Dus wél: Afwachten of de speler er (netjes) om vraagt.

  • Hoe behulpzaam dit ook over komt, de speler moet, (ook in zijn eigen belang) het initiatief nemen.

  • Want als een arbiter staat te zwaaien met een lamp, en de speler beslist anders, dan brengt dat de concentratie in gevaar.

  • Om de concentratie niet te verstoren, heel zacht de telling en de annonces doen.

  • Dus wél:  Hoorbaar en verstaanbaar annonceren.

  • Hoe goed ook bedoeld, maar de aan de beurt zijnde speler wil duidelijk horen hoeveel en wat er is en óók de

  • zittende speler (en eventueel publiek) wil op de hoogte zijn.

  • Als speler één de partij heeft beëindigd door het maken van zijn laatste carambole,

  • annonceren: “halve partij   voor …”

  • Dus wél: Annonceer: “Partij voor ….. en de gelijkmakende beurt voor ….”

  • (de speler is niet pas halverwege de partij)

  • Als je mobiele telefoon gaat, deze opnemen en een gesprek gaan voeren.

  • Dus wél: Zorg er voor dat je mobiele telefoon uitgeschakeld is of op trilstand staat. Wellicht ook bij de spelers

  • dit aspect doornemen. Niets is zo irritant als een arbiter tijdens de partij hierdoor “niet meer bij de les” is.

  • Dit zijn maar een paar eenvoudige richtlijnen, maar als ze juist worden toegepast, werken ze enorm in het

  • voordeel voor spelers, arbiters en publiek.

  • Dus: voor u, voor mij en voor iedereen.